Foto: Hedwig Suurmeijer, maart 2016 |
De foto hiernaast heeft niets met dit verhaal te maken. Het
is zomaar een plaatje uit mijn privécollectie. Ik hecht eraan dit te
vermelden. Het waarom wordt zo meteen vanzelf duidelijk.
We waren nog maar net terug van een fijne vakantie in Noord-Engeland toen er een mail binnenbliepte van een advocatenkantoor uit U.
Mevrouw de advocaat liet mij weten dat ik inbreuk had gemaakt op de rechten van haar cliënt, een beroepsfotograaf uit de randstad. In twee pagina’s brief en vier bijlagen werd mij verweten onrechtmatig gebruik te hebben gemaakt van een foto van cliënt en daarmee had ik hem zeer ernstige schade toegebracht, op meer dan één front. Het was bepaald geen milde brief. Eerst dacht ik nog even dat het een hoax was of een trucje van een louche oplichter. Dat zien we wel vaker voorbijkomen. Maar helaas, het was bloedserieus.
Wat was mijn zonde? In een blog van januari had ik een kleine foto gebruikt die ik via ‘Google afbeeldingen’ vond op de site van een overkoepelende organisatie voor grote supermarktketens. Ik noem geen namen. Bij dat fotootje van amper 300x200 pixels had ik keurig aan bronvermelding gedaan. Nergens op Google of op genoemde site vond ik een naam van de fotograaf. Wat mij betreft had ik dus mijn best gedaan met de bronvermelding. En, wie zou daar nu moeilijk over doen? Dat heb ik geweten.
We waren nog maar net terug van een fijne vakantie in Noord-Engeland toen er een mail binnenbliepte van een advocatenkantoor uit U.
Mevrouw de advocaat liet mij weten dat ik inbreuk had gemaakt op de rechten van haar cliënt, een beroepsfotograaf uit de randstad. In twee pagina’s brief en vier bijlagen werd mij verweten onrechtmatig gebruik te hebben gemaakt van een foto van cliënt en daarmee had ik hem zeer ernstige schade toegebracht, op meer dan één front. Het was bepaald geen milde brief. Eerst dacht ik nog even dat het een hoax was of een trucje van een louche oplichter. Dat zien we wel vaker voorbijkomen. Maar helaas, het was bloedserieus.
Wat was mijn zonde? In een blog van januari had ik een kleine foto gebruikt die ik via ‘Google afbeeldingen’ vond op de site van een overkoepelende organisatie voor grote supermarktketens. Ik noem geen namen. Bij dat fotootje van amper 300x200 pixels had ik keurig aan bronvermelding gedaan. Nergens op Google of op genoemde site vond ik een naam van de fotograaf. Wat mij betreft had ik dus mijn best gedaan met de bronvermelding. En, wie zou daar nu moeilijk over doen? Dat heb ik geweten.
Natuurlijk heb ik de foto onmiddellijk van mijn blogsite
gehaald en in een keurige brief aan mevrouw en cliënt mijn welgemeende excuses
aangeboden. Ik hoopte op een soepele oplossing. Eigenlijk hoopte ik op een
sisser. Dat liep anders. Na een week of drie kwam het schikkingsvoorstel: met betaling
van €600,- en naleving van een aantal bijbehorende voorwaarden zou het gevalletje de wereld
uit zijn.
Ik heb betaald. Niet in de laatste plaats omdat enig
zoekwerk op Google veel informatie opleverde over soortgelijke gevallen –
zelfde advocaat, zelfde fotograaf. Had meneer de fotograaf mij zelf even
gemaild, dan had ik uiteraard de foto onmiddellijk verwijderd, maar ik vermoed
dat dit een extra inkomstenbron is. Slim, maar niet zo chic.
Ik heb niet alleen betaald, ik heb er ook van geleerd: ik gebruik nooit meer een foto van wie dan ook voor wat dan ook. Gelukkig kan ik zelf ook wel een aardig plaatje schieten.
Ik heb niet alleen betaald, ik heb er ook van geleerd: ik gebruik nooit meer een foto van wie dan ook voor wat dan ook. Gelukkig kan ik zelf ook wel een aardig plaatje schieten.
* Om verder gedoe te
voorkomen heb ik naam en vestigingsplaats van fotograaf en advocaat weggelaten.
U begrijpt vast wel waarom.
** Ten overvloede: alle
foto’s op deze blogpagina’s zijn door mijzelf gemaakt.
Heb ik ook al meegemaakt en je krijgt het niet van de baan
BeantwoordenVerwijderen